1997 was het. Mijn eerste jaar op kot met de nu fulltime 'Chinees' Arnout Hauben. Een piepend kleine studio in de Hoogstraat. Een plek die veel te ver van de hogeschool lag, maar dat maakte het reizen alleen maar avontuurlijker. Ik zat in het 2e jaar audiovisuele kunsten, en begon toen pas goed te beseffen wat het metier inhield. Brussel was daarvoor de beste plek: chaotisch, druk, gezellig, mooi en lelijk tegelijkertijd, en bovenal een bron van inspiratie. Het was ook mijn eerste kennismaking met dans: What the Body Does Not Remember in de toenmalige KVS, een productie van Wim Vandekeybus en Ultima Vez, deed m'n ogen opengaan, en ik besloot mijn hogeschoolopdracht toe te spitsen op hem. Stoute schoenen aantrekken, en Ultima Vez even bellen om een afspraak te regelen met Vandekeybus zelf. Nu, op zich ging dat wonderlijk makkelijk, ik had mijn afspraak en bezocht de studio in Molenbeek. Vandekeybus in de weer met zijn dansers die uit elke hoek van de wereld kwamen. Graatmagere vrouwen en pezige mannen die het vuur en de duivel uit hun ziel bewogen. Ik sprak en koos 2 dansers om verder mee te werken: Iñaki Azpillaga en Ana Stegnar. Afwisselend in Antwerpen (Singel) en de Sint-Lukasstudio werd het uitgangspunt verder duidelijk: dans op film versus dans op foto. Over instincten en de momenten vóór de beweging. De drager was het nu ter ziele gegane u-matic, en het monteren gebeurde, samen met Wies Hermans, in de Filmfabriek. Nostalgia! . . . |
Archief
January 2021
Categories
All
|